MASH
succes van het Romeinse leger: WAPENS / STRATEGIE / MORELE EN FYSIEKE
CONDITIE van de soldaten
aandacht voor het aspect medische verzorging is jong in de wetenschap over de
oudheid - pas sinds ca. 1975-1980 vormt het onderwerp voor studie
Erkende militair-medische dienst: sinds AUGUSTUS:
- 10 à 12 medici per legioen
- verplegers
- 1 valetudinarium / castra
dr drie taken van de medici:
- behoud van de gezondheid van de troepen
- verplegen van zieken in vredestijd
- verzorgen van gewonden in oorlogstijd
- hoge prioriteit: hygiëne / sanitair
- oog voor algemene lichamelijke conditie - vandaar de probatio van de
recruten:
1) Vegetius: Epitome rei militaris I,6:
Sed qui dilectum acturus est vehementer intendat, ut ex vultu, ex oculis, ex omni conformatione membrorum eos eligat, qui implere valeant bellatores. Namque non tantum in hominibus sed etiam in equis et canibus virtus multis declaratur indiciis,....Sit ergo adulescens Martio operi deputandus vigilantibus oculis, erecta cervice, lato pectore, umeris musculosis, valentibus bracchiis, digitis longioribus ventre modicus, exilior clunibus, suris et pedibus non superflua carne distentis sed nervorum duritia collectis. Cum haec in tirone signa deprehenderis, proceritatem non magno opere desideres. Utilius est enim fortes milites esse quam grandes.
andere criteria bij recrutering:
- legale status
- achtergrond
- vorige beroep(en)
- intelligentie
- geschiktheid in 't algemeen
na een opleiding van 4 maanden werd wie geschikt bevonden was effectief ingelijfd
tijdens de dienst (dus na proeftijd en opleiding) zorgen
permanente trainingen voor fysieke en mentale paraatheid van de soldaten, door:
- wapentraining
- zwemmen
- kamp bouwen
- ambulatus (10 km mars in volle uitrusting, 3maal per maand)
periodieke controle door de medici van de gezondheidstoestand van de manschappen
eveneens aandacht voor de voeding:
- voornamelijk granen
- vlees van rund, schaap, geit, varken
- wild
- groente: vooral bonen, linzen, wortelen, erwten
- fruit: appelen, vijgen
dus: vrij gevarieerd, vooral rijk aan eiwitten en koolhydraten
legioenen aan de grenzen zorgden voor de bewaking van het rijk
- uitval door ziekte moest dus zoveel als mogelijk worden tegengegaan
in onze gewesten blijken vooral verkoudheid en bindvliesontsteking een groot
probleem
de valetudinaria waren berekend op 2 tot 7% van de populatie van de castra
huidige wetenschap kijkt vooral naar fysisch-anthropologische
en osteo-archeologische aspecten bij het onderzoek van de skeletresten van
Romeinse soldaten
vb.:
- Vindolanda, Schotland: 70/750 milites permanent ziek!
- Velsen, Nederland: man van 1.90m - overontwikkelde
rechterarm - beschadigde voeten - schade aan wervelzuil
- Herculaneum, Italië: vervormde benen door langdurig
paardrijden
het grootste gevaar: epidemieën, de grootste killers van de
hele oudheid, want: besmetting - veel doden - verruwing, demoralisering, verlies
van strijdlust
dus: belangrijkste taak van de medici:
- voorkomen van epidemieën
- beperken van besmettingen
- behandelen van zieken
zieken gingen naar het valetudinarium voor diagnose en
hulp, waarin Celsus drie onderdelen ziet:
- genezing door dieet
- genezing door medicijnen
- genezing door chirurgie
de medici gebruikten kruiden en plante die ze deels zelf
kweekten in de tuinen van het hospitaal
ook wijn werd als geneesmiddel aangewend
proefondervindelijk werd de reeks geneeskrachtige kruiden steeds uitgebreid,
vb.:
- radix Britannica tegen scheurbuik (men heeft er in 16 n.C.
de doodzieke Germanicus mee proberen te redden)
- barbarum (?): een bloedstelper
- vermiljoen: gebruikt in oogzalven
Tot nog toe: 25 valetudinaria bekend, gesitueerd
langs de noordgrens van het imperium:
- langs de muur van Hadrianus
- langs de Rijnlimes
- langs de Donaulimes
De oudste dateren uit Augustus' tijd, de jongste uit de tweede eeuw, allemaal
met een identiek grondplan: 4 vleugels, 60 ziekenkamers (cf. de 60 centuriae in
een legioen)
Hoe jonger de hospitalen, hoe groter de bebouwde oppervlakten en hoe ruimer de
kamers.
Vanuit de traditie lagen de kampen op terreinen met een goede afwatering +
toevoer van zuiver (drink)water, zoniet werd dat aangevoerd door aquaducten,
waterleiding of waterputten
Het sanitair (met stromend water) lag altijd aan de omwalling, bij het laagste
punt; indien er geen water voorhanden was: latrines met kuipen of bakken (die
konden geledigd worden)
Elk kamp had ook een badinrichting voor de persoonlijke hygiëne van de
militairen
Oorlog betekende altijd een toename van de medische bedrijvigheid: medici schakelden over van verzorging en preventie op oorlogschirurgie
Tijdens een gevecht zorgen capsarii en de
medesoldaten voor een snelle evacuatie en EHBO voor de gewonden
Daarna: transport op lastdieren en wagens naar het kamp of naar een
burgernederzetting in de buurt. Als die veraf lagen gaf men de gewonden en
het zwaar materieel voorrang en werd de vijand zolang mogelijk opgehouden
Verdoving was onbekend - afkooksels van bilzenkruid en papaver waren niet echt effectieve anesthesieproducten. Celsus schrijft letterlijk dat een chirurg zich niet teveel moet laten afleiden door het geschreeuw van zijn patiënt!
vleeswonden: dichtgenaaid of dichtgelijmd
projectielwonden: chirurgische behandeling, waarvoor talrijke instrumenten
bestonden: lepels, scalpels, spieropheffers, tangen, scharen, haken, ... zie hier
voor een afbeelding
2) Celsus, De medicina VII,5.1:
Tela quoque, quae inlata corporibus intus haeserunt, magno negotio saepe eiciuntur. Suntque quaedam difficultates ex generibus eorum: quaedam ex is sedibus, in quas illa penetrarunt. Omne autem telum extrahitur aut ab ea parte, qua venit, aut ab ea, in quam <te>tendit. Illic viam, qua redeat, ipsum sibi fecit, hic a scalpello accipit: nam contra mucronem caro inciditur.
Voor brede projectielen (i.c. afgebroken lans- of pijlpunten) werd gebruik gemaakt van de "diocleïsche lepel":
3) Celsus, De medicina, VII,5.3:
Haec iuxta telum transversa demittitur; deinde ubi ad <imum> mucronem ventum est, paulum torquetur, ut telum foramine suo excipiat. Cum in cavo mucro est, ilico digiti subiecti partis alterius uncis simul et ferramentum id extrahunt et telum.
Na de chirurgie was ook de nabehandeling vastgelegd:
4) Celsus, De medicina, V,xxvi.23e/f; V, xxvi.24a:
Deinde omni vulneri primo inponenda est spongia ex aceto expressa: si sustinere aliquis aceti vim non potest, vino utendum est. Levis plaga iuvatur etiam, si ex aqua frigida expressa spongia inponitur. Sed ea quocumque modo inposita est, dum madet, prodest; itaque ut inarescat, non est committendum. [23f] Licetque sine peregrinis et conquisitis et compositis medicamentis vulnus curare. Sed si quis huic parum confidit, imponere medicamentum debet, quod sine sebo compositum sit ex is, quae cruentis vulneribus apta esse proposui: maximeque, si caro est, barbarum; ... Fascia vero ad vulnus deligandum lintea aptissima est eaque lata esse debet, ut semel iniecta non vulnus tantum sed paululum utrimque etiam oras eius conprehendat.
Hoewel de Romeinen aan sommige wel heel vreemde stoffen
genezende werking toedichtten, soms gebruikten ze toch elementen met dezelfde
chemische eigenschappen als onze moderne geneesmiddelen.
Na een zware behandeling ging de zieke naar een ziekenkamer in het valetudinarium,
waar de capsarii de verdere verzorging op zich namen
Complicaties bij een zware verwonding waren erg frequent, en
wel om twee redenen:
- krachtige ontstekingsremmeden medicijnen waren niet voorhanden
- de noodzaak om steriel te werken werd onvoldoende onderkend, ook het
ontsmetten van de instrumenten behoorden allerminst tot de routine
Als gevolg van dit alles zal er regelmatig als laatste behandeling een amputatie
noodzakelijk geweest zijn:
5) Celsus, De medicina VII,33:
Igitur inter sanam vitiatamque partem incidenda scalpello caro usque ad os est sic, ut neque contra ipsum articulum id fiat, et potius ex sana parte aliquid excidatur quam ex aegra relinquatur. Ubi ad os ventum est, reducenda ab eo sana caro <et> circa os subsecanda est, ut ea quoque parte aliquid os nudetur; deinde id serrula praecidendum est quam proxime sanae carni etiam inhaerenti; ac tum frons ossis, quem serrula exasperavit, levandus est, supraque inducenda cutis, quae sub eiusmodi curatione laxanda est, ut quam maxime undique os contegat. Quo cutis inducta non fuerit, id lin<a>mentis erit contegendum, et super id spongia ex aceto deliganda. Cetera postea sic facienda, ut in vulneribus, in quibus pus moveri debet, praeceptum est.
Voor kortere periodes van nazorg konden zieken en gewonden
terecht in het valetudinarium, waar ze omringd werden met
- speciale zorg
- aangepast voedsel
- mogelijkheid om in het atrium van het hospitaal rustig te genieten van het
mooie weer
Bij langdurige herstelperiodes kregen de patiënten ziekteverlof of werden naar een hersteloord gestuurd (vb. naar de kust); zo is er in Rome een inscriptie gevonden met de vermelding van een optio convalescentium, wellicht een beheerder van een herstellingshospitaal. Bovendien is bekend dat vele badinrichtingen in het ganse rijk door en voor soldaten zijn gebouwd
Bij langere campagnes was dergelijke nazorg onmogelijk door
het voortdurend verplaatsen van de frontlijn. In geval van een langere
oorlog waren er de volgende voorzieningen:
- lichtgewonden reisden met het leger mee en gingen opnieuw aan de
krijgsverrichtingen deelnemen zodra het kon (soms in speciale eenheden, met
eigen, aparte opdrachten)
- ernstiger gewonden werden ondergebracht bij de lokale bevolking, maar bleven
wel steun krijgen van het leger
- invaliden die nooit meer geschikt zouden worden voor actieve dienst, werden
eervol ontslagen: de misso causaria waarbij ze hun gewone pensioen van
3000 denarii (ofwel het ius civile) ontvingen, net zoals gebruikelijk was
bij afzwaai na 25 jaar dienst.